Toen Inge in reactie op mijn blogartikel Waarom ik niet meer terug wil naar volledig offline onderwijs en trainingen het onderstaande schreef en ik besloot om daarover te bloggen, voelde ik me eigenlijk een beetje hypocriet. Ik, die vaak grote moeite heeft om structuur vast te houden, ga bloggen over gestructureerd trainen. Toch denk ik dat ik hier wel wat waardevols over kan schrijven. Alleen al de praktische oplossingen die ik bedacht heb voor m’n online lessen en trainingen, zouden interessant kunnen zijn voor andere trainers en docenten.
Dit is wat Inge schreef:
“Prachtige blog, zo voelt het ook voor mij. Ik kan alleen maar aanvullen dat het mij als trainer heeft verrijkt. Teveel voorbeelden , maar je wordt ook bewuster in mijn optiek , wat zet ik in als trainer? Je werkt gestructureerder omdat je deelnemers moet blijven vasthouden. Dank voor het delen!”
Hoewel ik niet weet op welke manier Inge gestructureerder werkt, herken ik het wel. Ook ik werk in een online training gestructureerder dan offline. Offline zorgde ik er ook altijd al wel voor dat ik een structuur neerzette, al was het alleen al omdat dat voor duidelijkheid zorgt. Ik wil dat deelnemers zich mee kunnen laten nemen in de training en structuur helpt daarbij.
Online zijn er twee factoren, die het ingewikkelder maken om deelnemers goed ‘bij de les’ te houden:
- Doordat deelnemers in hun eigen omgeving zitten i.p.v. bij jou in een trainingszaal, kost het hen meer moeite om zich mee te laten nemen in de training. Afleiding ligt op de loer: thuiskomende kinderen, aanbellende pakketbezorgers en een wasje dat nog opgehangen wil worden, maar ook appjes en mailtjes, die online dichterbij en moeilijker te negeren zijn.
- Online is het veel lastiger om te ‘voelen’ hoe je deelnemers in hun energie en concentratie zitten. In een offline training kun je het goed zien in de poppetjes van de ogen van de deelnemers en vaak ook aan hun houding. Online merk ik, dat ik dat lang niet altijd goed inschat.
Oplossing 1: pauzes en wekkertjes
‘Hoe vaak en lang moet je eigenlijk pauzeren tijdens zo’n online training?’, vroeg een deelnemer aan een online training over online didactiek mij. Op dat moment realiseerde ik me dat ik zo lekker in de flow zat, dat ik totaal was vergeten te pauzeren. Met het schaamrood op m’n kaken stamelde ik iets als: ‘Ieder uur een minuut of 10 hou ik meestal aan, maar dat is vandaag niet helemaal gelukt…’
Ik ben een kei in het maken van mooie planningen en structuren, al zeg ik het zelf. Elke training begint met een mindmap, waar ik doelen en inhoud in één overzicht verwerk en alle onderlinge verbanden probeer aan te duiden. Vervolgens maak ik een competentiematrix, waarin ik de doelen uitsplits per onderwerp of in kennis/vaardigheden/attitude, die ik vervolgens in rubrics uitwerk. Dan maak ik een draaiboek in 3 kolommen: linkerkolom tijd, middenkolom inhoud en werkvormen, en rechterkolom benodigdheden. En tot slot werk ik de inhoud verder uit in wat er nodig is: presentaties, online leeromgeving, opdrachten, quizvragen, flappen, hand-outs en andere materialen. Klinkt goed, toch?
Ik ben echter niet zo’n kei in het volgen van diezelfde planningen en structuren. Of omdenkend: ik ben ook een kei in diezelfde planningen en structuren heel vrij en flexibel gebruiken. Ik begin meestal wel met wat ik had bedacht, maar gaandeweg pas ik m’n plan vaak aan aan wat er in de training gebeurt, waardoor de 2e helft van m’n training meestal niet meer echt lijkt op m’n draaiboek. Ik zorg er wel voor dat we doelen behalen. Ik kies alleen ineens toch voor andere werkvormen, omdat dat beter past. Of ik vervang een onderdeel door een ander onderdeel. Ik voeg iets toe of ik laat iets weg. En soms verlies ik me daar ook in, zoals in het voorbeeld hierboven, en dan vergeet ik te pauzeren.
Ik nam me voor dat dat niet meer zou gebeuren, dus tegenwoordig zet ik een wekkertje. Simpel en doeltreffend.
Oplossing 2: elke 10 minuten (inter)actie voor elke deelnemer
Er zijn deelnemers, die makkelijk het woord nemen en er zijn deelnemers die wat terughoudender zijn. Dat is prima, zolang die laatste groep maar voldoende gelegenheid krijgt om actief deel te nemen en te leren. Ik vind het offline eenvoudiger om daar goed mee om te gaan dan online. Met mimiek en lichaamstaal kun je offline al veel regie voeren, maar dat is online echt ingewikkelder. Om ervoor te zorgen dat ik ook online iedereen voldoende stimuleer om mee te doen en mee te denken, heb ik een extra check voor mezelf ingebouwd: ik zorg dat elke deelnemer elke 10 minuten iets actiefs doet. Dat kan bijvoorbeeld gaan over:
- een antwoord geven in de chat,
- een reactie geven op een poll,
- een bijdrage leveren op een whiteboard/padlet/miro,
- een gekleurd voorwerp voor de camera houden in reactie op een meerkeuzevraag (het laten zoeken en pakken van die gekleurde voorwerpen is een leuke, snelle energizer),
- een mondelinge toelichting laten geven,
- laten nadenken over een vraag en dan met een pickerwheel bepalen wie de vraag beantwoordt,
- laten deelnemen aan een interactieve oefening (rollenspel, brainstorm, etc.),
- … (vul het lijstje gerust aan in de reacties onder dit artikel)
Oplossing 3: de peilstok
Deze laatste oplossing ligt wel zo sterk voor de hand, dat ik hem misschien beter niet kan noemen. Die peilstok gaf echter een behoorlijke boost aan de kwaliteit van mijn online trainingen en lessen. Daarom voor iedereen, die er net als ik wat langer over doet om zoiets vanzelfsprekends te verzinnen, tóch oplossing 3: de peilstok.
Die gebruik ik bijvoorbeeld bij twijfel over hoe de vlag erbij hangt, waar men aan toe is, of ik voldoende aansluit, of het tijd is voor pauze, of ik sneller mag of juist langzamer, etc. In een offline training gaat dat bijna vanzelf, omdat je voortdurend de groep waarneemt en voelt én omdat de feedback die je krijgt veel directer en zichtbaarder is. In een online training weet ik het niet altijd.
Eerst deed ik het dan maar zo’n beetje op de gok, maar op een dag ben ik het gewoon gaan vragen. Doordat de structuur duidelijk is, weet elke deelnemer wat er nog ongeveer gaat komen. Met die kennis in het achterhoofd kan men over het algemeen goed aangeven waar men behoefte aan heeft. Ik zorg daarom tegenwoordig dat ik in elke online training een poll heb klaarstaan, waarmee ik kan peilen in hoeverre men leerdoelen al bereikt heeft, of aan welk trainingsonderdeel men nu behoefte heeft. Met hun antwoorden kan ik veel beter aansluiten, differentiëren, m’n planning aanpassen en soms zelfs m’n structuur aanpassen.
Tenslotte
Ik ben benieuwd wat jij ontdekt en bedacht hebt als het gaat over structuur in je online trainingen en lessen. Deel je dat met andere trainers en docenten, bijvoorbeeld in een reactie hieronder? Dankjewel daarvoor!
Heel herkenbaar dit. Ik volg dan een wijze vriend: structuur leg je aan om bewust van af te wijken als je dat nodig vindt, maar zonder structuur is het lastig terug te keren naar structuur als dat nodig is.
Ik heb zelf het idee dat ik langzamer hand wat beter de groep ook online kan ‘lezen’ Om toch gebruik te maken van lichaamstaal ga ik vaak staan voor de webcam, en neem iets afstand, zodat men mijn handen en bovenlichaam goed ziet. Maar het blijft lastig om je handen goed in beeld te houden.
Technisch: zorg voor een tweede scherm, je hebt dan allen tijde de hele groep in beeld en je presentatie. Vergt wel een goede internetverbinding en een goede laptop (minimaal i5 processor en 16 gb geheugen).
Tegenwoordig maak ik ook veel gebruik van de mentimeter (kahoot kan ook natuurlijk) om de aandacht vast te houden. De woordenwolk kun je dan ook gebruiken om de stemming of mening over iets te peilen.
Overigens hoor ik soms van die ‘stille’ deelnemers dat zij online trainingen erg veilig vinden, en daardoor soms juist actiever gaan deelnemen.
Ik ben ook wel benieuwd wat collega’s straks offline gaan gebruiken van wat zij online geleerd hebben
LikeGeliked door 1 persoon
Dankjewel Gerard, voor je mooie aanvullingen!
LikeLike